Gepubliceerd op
Publicatie datum

Studenten aan het woord: Eline en Iris (opleiding: laboratorium)

Microscopen, witte jassen, buisjes met kleurige vloeistoffen en veiligheidsbrillen. Waarschijnlijk ken je de wereld van het laboratorium van politieseries op de televisie. Eline en Iris weten nu dat in het echt anders is, maar toch erg interessant. “Met het onderzoeken van onder andere voedsel, bloed en urine kun je mensen helpen. En dat is wat wij het liefst doen.”

In het eerste jaar van de laboratoriumopleiding krijg je les in twee richtingen. Eline en Iris hebben gekozen voor de richting biologisch medisch. Iris: “Dat chemisch fysische vind ik nogal lastig. Dan heb je veel rekenwerk en wiskunde. Bij biologisch medisch doe je onderzoek naar hoe het lichaam werkt en hoe iemand ziek wordt. Dat vind ik gewoon heel interessant.”

De opleiding bereidt je goed voor op de praktijk vinden Eline en Iris. “We zijn bijvoorbeeld met een projectweek bezig voordat we op stage gaan. We leren alles over het urinewegstelsel, de nieren en welke onderzoeken je allemaal met urine kunt doen. Dat is superinteressant.” Iris gaat hierna acht weken fulltime stagelopen bij een bedrijf dat piepschuim maakt. “Ik mag gaan testen of dat het piepschuim doet wat het moet doen en of het op de juiste dikte is.” Eline loopt haar stage op haar oude middelbare school. “Ik ga leren wat je doet als TOA (Technische Onderwijsassistent).”

De begeleiding op school is prima geregeld. Iris kan het weten. Die heeft een moeilijke tijd achter de rug. 

Ze vindt het fijn dat ze op school de tijd en ruimte heeft gekregen om weer op adem te komen. “Mijn ouders hebben in de zomervakantie een ongeluk gehad en dat had veel impact op mij en hoe het ging op school.

Ik ging minder naar de lessen en als ik er was, had ik er geen aandacht voor. De docenten hadden dit snel in de gaten. Ze vroegen of ik de opleiding wel leuk vond. Dat was het probleem niet, ik wilde niet zomaar opgeven. Op hun aanraden heb ik een half jaar opnieuw gedaan. Ik heb er weer helemaal zin in en het gaat ook heel goed.”

De overstap van de middelbare school naar het studentenleven op het mbo was voor Iris en Eline niet moeilijk. “Dat komt misschien ook omdat we op een kleine school zitten. Het is niet dat je in een grote, nieuwe omgeving komt. Of dat je verdwaalt in de gang of compleet niet weet wat je moet gaan doen. De docenten nemen je meteen mee in bijvoorbeeld plannen. Dat heeft de overgang van de middelbare school naar het mbo prettig gemaakt.”

Na het tweede jaar volgt er nog een derde en vierde jaar voor Eline en Iris. In beide jaren lopen ze ook weer een stage. Iris wil graag bij een ziekenhuis werken om onderzoek te doen met bloed, urine en ander lichamelijk weefsel. En als laatste stage hoopt ze naar de politie te gaan. “Het is mijn droom om daar later te werken en met mijn werk in het lab mensen te helpen. Daar ga ik helemaal voor.”