“De thema’s van Z!O die doen ertoe”
Annemijn Cardon (13) uit 2gt1 heeft voor haar eindopdracht van het Z!O-thema respect een mooie foto gemaakt van haar opa en oma. Daar heeft ze een heel goed cijfer voor gekregen. “Ik vind het fijn dat je met Z!O je punt goed kunt ophalen. En de thema’s die doen er echt toe.”
Annemijn vindt het best leuk dat de vakken nu samenkomen dankzij projectmatig en thematisch werken. Al vindt ze sommige projecten best moeilijk. “Maar dan ben ik ook wel extra trots al het gelukt is.” Toch vindt ze het soms fijner om normale les te krijgen. Dat ligt een beetje aan het thema van Z!O. “Als Z!O en normale les de hele tijd door elkaar heen lopen, dan zit er voor mij geen goede volgorde in. Een opdracht maken doe ik liever apart.”
Van het thema respect heeft Annemijn wel veel plezier gehad. “Het leukste moment wat toen ik een foto van mijn opa en oma ging maken. Ik was dat eigenlijk vergeten. Opa en oma moesten daarom heel snel naar ons toekomen. Opa heeft me echt geholpen om er een mooie foto van te maken. Nieuwe talenten heb ik niet ontdekt. Ik weet van mezelf dat ik nette foto’s kan maken. En ik hoor al van kleins af aan dat ik creatief ben.”
Annemijn heeft heel bewust gekozen om een fotoportret van haar opa en oma te maken voor het thema respect. “Mijn oma heeft 3 herseninfarcten gehad. Ze kon niks meer. Maar mijn oma is een doorzetter. Ze kan nu weer lopen, met ons praten, koken en de was doen. Mijn opa steunt de familie altijd. Ze zijn allebei 79 jaar en ik ben trots dat ze dit allemaal kunnen. Ik hoop maar dat ze ook trots op mij zijn.”
Als Annemijn mocht kiezen zou ze op dit moment toch liever op een ‘normale’ manier leren. “Ik vind leren moeilijk. Sinds kort heb ik ontdekt hoe ik het beste kan leren. Dat doe ik met de normale stof. Als we dan totaal andere stof krijgen, is het wel moeilijker. Dan moet ik weer een nieuwe weg gaan vinden.” Maar Annemijn heeft zeker veel geleerd tijdens het thema respect, bijvoorbeeld bij de vakken Engels en mens en maatschappij. “Ik zie nu wel in dat ik niet mag klagen over wat ik hier heb. Ik kan elke dag naar school, ik kan leren en heb veel kansen voor alles. Ik heb een mooi huis waar ik onderdak heb en elke dag gewoon eten. Dat heeft niet iedereen. Ik moet blij zijn met wat ik heb. Ik vond het fijn om te ontdekken dat er een unie is die andere mensen helpt om hun leven te verbeteren.”